Eén op de 25 topfiguren is een psychopaat, aldus een artikel van 3 september 2011 op de websites van Trouw, AD en HLN.be. Nieuwscheckers zet daar vraagtekens bij: het is gebaseerd op onderzoek naar niet meer dan 203 Amerikaanse topmanagers. En bovendien: wanneer is iemand een psychopaat? Een hoogleraar psychologie: “Het past in de algemene trend van medicaliseren, elkaar bang maken voor anderen, en verdachtmaking van managers.’’
Let op: Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier over onze werkwijze.
Dat één op de 25 topfiguren een psychopaat zou zijn, is gebaseerd op het onderzoek ‘Corporate Psychopathy: Talking the Walk‘, van de bekende psychologen Paul Babiak en Robert Hare. Het verscheen in april 2010 in het tijdschrift Behavioral Sciences & the Law. Beide psychologen zijn bekend van het boek Snakes in Suits, over de manier waarop psychopaten in hun werkomgeving functioneren.
Psychopathy Check List
Het onderzoek is uitgevoerd in Amerika, er werkten 203 deelnemers aan mee, die werkzaam waren in zeven verschillende bedrijven. Als één op de 25 topfiguren psychopaat zou zijn, houdt dat in dat er van die 203 deelnemers in Amerika maar acht psychopaat zijn. Is dit representatief voor de hele wereld? Trudy Dehue, hoogleraar psychologie in Groningen, maakt een aantal kanttekeningen bij de onderzoeksmethode van Babiak en Hare. Zij gebruiken de door Hare ontwikkelde Psychopathy Check List (PCL), een vragenlijst over de mate waarin iemand zonder veel schuldgevoel neigt tot manipulatie, leugenachtigheid en impulsiviteit. In de VS wordt deze lijst anders gebruikt dan in Europa, aldus Dehue: “In de VS ben je met een uitkomst van 13 op de PCL een psychopaat, in Europa pas met 18.’’ Aangezien de onderzoeken in de Verenigde Staten zijn uitgevoerd, kunnen de uitkomsten ervan weinig tot niets zeggen over het percentage psychopaten onder topfiguren in Nederland.
Bang maken
De artikelen op de nieuwssites schrijven psychopathen charmes toe die zij in het bedrijfsleven in de strijd zouden gooien om hun superieuren te misleiden: “Kenmerkend voor psychopaten is dat ze eigenlijk slechte managers zijn maar dat ze die zwakte goed verborgen kunnen houden voor hun eigen oversten dankzij hun charmes.’’ Maar wanneer ben je een psychopaat? Is dat vast te stellen door middel van een vragenlijst? Volgens Dehue kan je een vragenlijst als de PCL niet zomaar gebruiken om vast te stellen of iemand een psychopaat is of niet: “Een beetje aspirant-psychopaat manipuleert natuurlijk, helemaal als het gaat om gewenste uitkomsten op een test.’’ Met andere woorden: er kan niet bewezen worden of de gegeven antwoorden oprecht zijn, vandaar dat er ook geen (objectieve) conclusie aan die antwoorden verbonden kan worden. Dehue doet het verband topfiguur-psychopaat af als onzin: “Het past in de algemene trend van medicaliseren, elkaar bang maken voor anderen, en verdachtmaking van managers. Natuurlijk zijn er managers die niet goed functioneren en die niet het beste voor hebben met hun personeel. Maar wat schieten we ermee op om een woord voor hen te gebruiken dat we normaal in verband brengen met serie-verkrachters en moordenaars?’’
De rol van de Persgroep
Metro publiceerde op 26 september 2011 over hetzelfde onderzoek onder de kop ‘Die vreselijke baas is écht een psychopaat’. Dit artikel, overgenomen van het Engelse zusterbedrijf van Metro, is iets voorzichtiger dan het stuk op de sites van Trouw, AD en HLN.be, en laat ook een van de onderzoekers, Paul Babiak, aan het woord. Metro hoort als enige van de vier genoemde mediakanalen niet bij de Persgroep Nederland, een samenwerkingsverband tussen Belgë en Nederland.
In 2009 heeft de Persgroep NV, een Vlaams mediabedrijf, de Nederlandse persgroep PCM Uitgevers overgenomen, eigenaar van onder meer AD en Trouw. Eén redactie levert berichten voor de verschillende nieuwssites. Hierdoor is op de sites van AD, Trouw en HLN.be drie maal hetzelfde, ongecheckte bericht gepubliceerd. De algemene redactie van Persgroep Nederland verwees ons voor commentaar door naar België, alwaar de telefoon niet opgenomen werd en we geen reactie kregen op door ons verstuurde e-mails.