‘Koud weer lokt hartaanval uit’, kopte Gezondheidsnet op 3 september van dit jaar. Toch hoeft u uw Antarctica-cruise nog niet te annuleren. Temperatuurverschil is niet de killer die het lijkt. Het zou alleen een laatste trigger kunnen zijn bij mensen die toch al een groot risico lopen. Roken en overgewicht zijn veel grotere gevaren.
Let op: Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier over onze werkwijze.
Gezondheidsnet baseert zich op een studie van de Belgische onderzoeker Marc Claeys. Hij onderzocht tussen 2006 en 2009 16.000 mensen die gedotterd werden in de kransslagader. Het bleek dat temperatuur een significant verband heeft met acute hartaanvallen. ‘Met elke tien graden dat de temperatuur afneemt, wordt de kans op een hartinfarct met 7 procent groter’, schrijft Gezondheidsnet. Maar na onderzoek van Nieuwscheckers blijkt dat toch iets genuanceerder te zitten.
Temperatuurverschil is nooit de enige factor
Moeten we ons nu zorgen maken als de winter aanbreekt? Dat valt best wel mee. ‘Het gaat om relatieve kansen’, zegt Claeys. ‘Dus als iemand een kans van 50 procent loopt op een hartaanval, neemt die kans toe met 7 procent. Hij heeft dan dus een kans van 53 procent.’ Een kerngezonde jongen die maar 1 procent kans loopt op een hartaanval, zal die kans in een 10 graden koudere omgeving zien oplopen tot 1.07 procent. Dat klinkt toch minder angstaanjagend dan de kop van het artikel doet vermoeden.
Daarnaast krijgt iemand geen hartaanval door alleen temperatuurverschillen. ‘Het optreden van een infarct komt door verschillende factoren’, zegt Claeys. ‘Temperatuurverschil is er daar een van, maar zeker en vast niet de enige.’ De Hartstichting beaamt dit. ‘Het proces voorafgaand aan een hartinfarct strekt zich uit over tientallen jaren en wordt bevorderd door onder andere roken, hoge bloeddruk, hoog cholesterol en diabetes. Dat zijn de ware oorzaken’, aldus Ineke van Dis, beleidsadviseur bij de Hartstichting. Een koude periode kan volgens Van Dis gezien worden als een laatste trigger bij mensen die toch al gevoelig waren voor het krijgen van een infarct.
Een toename van 7 procent klinkt misschien als heel wat, maar is het volgens de Hartstichting niet: ‘Rokers hebben bijvoorbeeld een 100 procent hoger risico op een hartaanval dan niet-rokers’, zegt Van Dis. Bovendien geldt het effect van temperatuurverschillen alleen boven een minimale omgevingstemperatuur van 10 graden Celsius. Antarctica of Nederland; voor het risico op een hartaanval maakt het weinig uit.
Onderzoek moet nog gepubliceerd worden
Er mist dus nogal wat context in het artikel op Gezondheidsnet. En dat is misschien ook niet zo gek: Het artikel is vrijwel identiek aan het officiële persbericht op de website van het ESC Congress, een Europees cardiologencongres dat elk jaar in Amsterdam gehouden wordt. Claeys presenteerde daar zijn onderzoeksresultaten. ‘In het persbericht staat niets over de risicofactoren en oorzaken van een hartinfarct’, zegt Van Dis. Met de link op het woord ‘onderzoek’ verwijst Gezondheidsnet niet naar het onderzoek, maar naar het persbericht. En ook dat is te begrijpen: het onderzoek moet namelijk nog gepubliceerd worden. De auteur heeft dus niet de kans gehad om zelf de onderzoeksresultaten kritisch te bekijken.
Onvoldoende tijd
De journalist in kwestie, Annemieke Hoogland, bestrijdt dat het artikel is overgenomen van het persbericht. Ze zou het bericht hebben gebaseerd op een artikel van Science Daily. Het persbericht zou pas daarna verschenen zijn. Hoogland geeft toe dat de journalisten van Gezondheidsnet de onderzoeksrapporten nooit lezen, want ‘daarvoor ontbreekt de tijd.’ Ze vindt niet dat er te weinig context gegeven wordt: ‘Het bericht gaat over dit specifieke onderzoek. We noemen niet elke keer andere factoren, omdat we dan elke keer die verbanden moeten noemen.’ Ook de kop is volgens Hoogland niet te zwaar aangezet. ‘Ik neem aan dat je als student journalistiek de functie van een kop weet: de mensen triggeren en uitnodigen. Als je veel mitsen en maren in een kop zet, vinden mensen je artikel niet leuk. Je kan zeggen dat het té is, maar de eerste alinea’s nuanceren het wel.’