Let op: Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier over onze werkwijze.

Bewering

Leeuwarden is nummer één in Nederland als het gaat om coke-gebruik

Oordeel

Ongenuanceerd

Bron van de bewering

Begin december was het voorpaginanieuws. Uit rioolwatermetingen van het Wetterskip Fryslân blijkt dat vergeleken met een meting in 2023 de chemische sporen van cocaïnegebruik in het riool flink zijn toegenomen. Het afbraakproduct van cocaïne (het stofje benzoylecgonine) dat mensen uitplassen en doorspoelen kun je meten, en zo kun je een schatting maken van hoeveel grammen cocaïne per dag in een stad wordt gebruikt.

Veel media brachten het nieuws. Zo kopte de Leeuwarder Courant: “Leeuwarden nummer één in Nederland als het gaat om coke-gebruik”  Omgerekend zou er dagelijks bijna 900 gram cocaïne worden gebruikt. “Werd er in 2023 1192 mg benzoylecgonine (…) per duizend inwoners gemeten, dit jaar steeg dat naar 1748 mg per duizend mensen. Ter vergelijking: in het laatst uitgevoerde onderzoek in Amsterdam, in 2024, scoorde de hoofdstad 1206 mg per duizend inwoners.”

Verder besteedden onder meer De Telegraaf, Hart van Nederland en Omrop Fryslân aandacht aan het onderzoek.

Waarom is dit ongenuanceerd?

Inderdaad, er is iets aan de hand in Leeuwarden. Recente berichten over drugsgebruik komen niet uit de lucht vallen. In 2023 bleek uit rioolwatermetingen ook al dat de Friese hoofdstad zich kon meten met de grote steden als Rotterdam en Amsterdam. Die signalering leidde tot onrust in de politiek en meer maatregelen. Zo werden drugspanden gesloten en wordt er harder opgetreden tegen dealers.

Verder verscheen een rapport over drugscriminaliteit en ondermijning. De combinatie van stad, platteland en bedrijfsterreinen maakt dat drugscriminelen Leeuwarden waarderen als gemeente om drugslabs en wietplantages te openen. Mogelijk concentreert het drugsgebruik zich vooral in armere wijken van Leeuwarden. Jongerenwerkers en verslavingszorg merken ondertussen nog weinig van een toenemend harddrugsgebruik.

Rest de vraag: hoe nauwkeurig zijn rioolwatermetingen en wat zegt dat over ons beeld van drugsgebruik?

Rioolwateranalyse

Het in kaart brengen van drugsgebruik via rioolwater is jaren gemeengoed. Zo is er een Europees  netwerk (SCORE) dat gegevens van dit soort analyses in samenwerking met het Europees Drugsagentschap (EUDA) bij elkaar brengt. In 2024 zijn gegevens verzameld van 128 steden in 26 landen. Er worden regelmatig nieuwe steden toegevoegd. In Nederland verzamelt en analyseert KWR in opdracht van gemeenten rioolwater. Gegevens van Amsterdam, Utrecht en regio Eindhoven worden al sinds 2011 verzameld.

Onderzoek aan rioolwater volgt een doordachte strategie. Bij de inlaat van de rioolwaterzuivering wordt een week lang 24-uur per dag bemonsterd. Drugsgebruik kan per dag verschillen, zeker in de weekends, daarom wordt er meerdere dagen gemeten. Tegelijkertijd wordt watervolume (debiet) bijgehouden dat naar de rioolwaterzuivering stroomt. Veel regen zorgt bijvoorbeeld voor verdunning en lagere concentraties drugresten. Als je het watervolume kent, kun je vervolgens terugrekenen naar grammen drugsresten per dag.

Tot slot is het aantal inwoners in het gebied van belang. Als je dat aantal weet kun je verder rekenen naar milligrammen drugsresten per 1000 inwoners per dag. Zo komt Leeuwarden in metingen van Wetterskip Fryslân in 2025 op 1748 milligram (1,7 gram) benzoylecgonine per 1000 inwoners per dag. In 2023 scoorde Leeuwarden 1192 milligram per 1000 inwoners per dag. Amsterdam scoorde in 2024 1206 milligram  per dag.

Tim Boogaerts (Toxicologisch Centrum Universiteit Antwerpen) legt uit hoe rioolwateranalyse in zijn werk gaat.

Meten is niet zeker weten

In de metingen en rekensommen zitten onzekerheden. Bijvoorbeeld doordat het aantal mensen dat per dag in een stad verblijft verschilt: sommige inwoners zijn weg en buitenstaanders bezoeken juist de stad. Daarom wordt er niet gemeten tijdens vakantieweken, feestdagen of festivals, zegt Thomas ter Laak, senior onderzoeker Chemische Waterkwaliteit en Gezondheid bij KWR. “Je neemt één steekproef in een jaar, dus kies je een week zonder bijzonderheden, omdat je wilt dat het representatief is voor de rest van het jaar.”

KWR heeft een aantal keren maanden achter elkaar in een gemeente gemeten, en metingen gedaan tijdens de zomervakantie. “Dan zien we dat als je weken onderling vergelijkt de hoeveelheid drugsresten in het rioolwater met 5 à 10 procent varieert.” Ook in laboratoriummetingen zit variatie. Als je vijf labs hetzelfde rioolwater laat analyseren komen er meetwaarden uit die dicht bij elkaar liggen maar zelden precies hetzelfde zijn. “Laboratoria die gegevens leveren voor het Europees onderzoek worden daarop getest en we zien dat die variatie beperkt is”, zegt Ter Laak.

Toename of variatie

Wat betekenen alle onzekerheden voor het duiden van rioolwatermetingen? Ter Laak: “Mijn vuistregel is: als we bij KWR in meerdere jaren metingen doen in de dezelfde gemeente, en de waarden nemen met minder dan 25 procent toe of af, dan noemen we die jaren vergelijkbaar. Dan gaan we niet zeggen dat er een verschil is, want dan durf ik niet mijn hand in het vuur te steken dat er echt een toe- of afname is. Dat wordt in de media nog vaak heel anders weergegeven.”

Wetterskip Fryslân laat in antwoord op vragen via email weten: “De meetonzekerheid van onze analyse op de verschillende typen drugs (inclusief monstername) liggen tussen de 30 en 50 %. (…) Andere onzekerheden en gegevens, zoals bijvoorbeeld inwonersaantallen, zuiverheid drugs en omrekenfactoren, zijn in de betreffende drugsrapportage beschreven. Deze vallen buiten de meetonzekerheid van het laboratorium.”

47 procent stijging

In het geval van Leeuwarden is tussen 2023 en 2025 sprake van een toename van benzoylecgonine van 47 procent. Dat ligt binnen de meetonzekerheid van 30 en 50 %. Wat betekent dat voor conclusies over toename van drugsgebruik? “Ook om de resultaten van 2023 zit een meetonzekerheid, waardoor je deze conclusie niet met zekerheid kunt trekken”, stelt Wetterskip Fryslân.

Volgens Ter Laak is lastig om als buitenstaander te oordelen of er in de Friese meetgegevens sprake is van een echte toename. “Het verschil tussen 2023 en 2025 is veel groter dan 25 procent, maar de analyses zijn verricht door twee verschillende laboratoria. Bovendien is er in 2025 gemeten in de voorjaarsvakantie en het gedrag en de samenstelling van de populatie is mogelijk anders tijdens vakanties. Op basis van twee metingen durf ik daarom niet te concluderen dat er in Leeuwarden sprake is van een toename. De kans dat er een toename is, is zeker aanwezig aangezien we dit in andere gemeenten in Nederland zien waar we al veel langer meten, maar voor mij zijn de meetgegevens van Leeuwarden nog te beperkt, en de onzekerheden en variatie te groot.”

Conclusie

Leeuwarden kampt inderdaad al langer met groeiende drugsproblematiek. Tegelijkertijd kleven aan rioolwatermetingen behoorlijke onzekerheden. Aan de getallen die in de media worden genoemd kun je niet direct aflezen of er sprake is van een toename. Daardoor zijn posities op stedenranglijstjes nogal onzeker, en moet je daar niet al te veel waarde aan toekennen.

arno van t hoog

Arno van 't Hoog

Factchecker Nieuwscheckers

Arno van ’t Hoog is wetenschapsjournalist en werkt als factchecker voor Nieuwscheckers. Als wetenschapsjournalist, gespecialiseerd in …
Profiel-pagina