SP-leider Emile Roemer noemt cijfers van geschrapte banen in het Noordelijk Lijsttrekkersdebat. Staatssecretaris Sharon Dijksma reageert via Twitter dat de werkloosheid juist daalt. Wie heeft er gelijk?
Let op: Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier over onze werkwijze.
Roemer zei tijdens het debat van 8 februari:
“Groningers, Drenten en Friezen moeten ontzettend hard knokken, zeker als het bijvoorbeeld over werkgelegenheid gaat. Kijk alleen al naar de afname van agenten. En meer dan 5000 banen zijn er verdwenen in de zorg.”
En zo gaat hij nog even door. Roemers punt is duidelijk: hij schetst een beeld waarin het steeds slechter gaat in de noordelijke provincies. Dat komt hem strategisch goed uit, want vervolgens meldt de SP-leider dat hij wil zorgen dat deze mensen hun banen terug krijgen.
Staatssecretaris Dijksma reageert op Twitter tijdens het debat. Ze spreekt Roemer aan op zijn uitspraak en laat een grafiek met de dalende werkloosheid laat zien.
Beste @emileroemer, dit zijn gewoon de cijfers van de afgelopen jaren. Over #banen gesproken.. #NLdebat pic.twitter.com/vxF3yQzPzH
— sharon dijksma (@sharon_dijksma) February 8, 2017
Wie heeft er gelijk?
Dijksma komt met cijfers, maar die zeggen niet zoveel, want het zijn de werkloosheidscijfers van heel Nederland, terwijl Roemer over Noord-Nederland praat.
Maar ook de cijfers van de noordelijke provincies, Groningen, Friesland en Drenthe, laten een daling zien. Op dit punt heeft Dijksma dus gelijk.
De werkloosheidspercentages van de provincies Drenthe en Friesland liggen met 5,3% inmiddels zelfs onder het landelijke gemiddelde van 5,6%. De werkloosheid in Groningen daalt ook, maar die provincie heeft wel het hoogste werkloosheidspercentage van Nederland (7,1%).
Werkgelegenheid
Werkloosheidscijfers alleen zijn niet genoeg. Roemer praat namelijk over het aantal banen. Dit kan zijn gekrompen terwijl de werkloosheid daalt, bijvoorbeeld wanneer veel werkloze inwoners vertrekken uit een gebied.
Maar de werkgelegenheid in Noord-Nederland is gemiddeld genomen gegroeid. In 2013 waren er 671 duizend banen in de drie noordelijke provincies, in 2014 waren dit er 676 duizend en in 2015 steeg dit verder naar 684 duizend banen.
Banen in de zorg
Roemer zegt specifiek dat er meer dan 5000 banen zijn verdwenen in de zorg. Hij zegt er alleen niet bij over welk tijdsbestek hij praat. Nieuwscheckers heeft de SP meermaals gevraagd naar de cijfers waarop Roemer zich baseert, maar zonder resultaat.
Uit CBS-cijfers blijkt dat in noordelijk Nederland inderdaad banen zijn verdwenen in de zorg: in 2015 waren in deze sector 2500 banen minder dan in 2014. Dat zijn er dus minder dan Roemer noemt.
Om aan 5.000 verdwenen banen in de zorg te komen moeten we verder terug in de tijd. Als we 2011 vergelijken met 2015 komen we op 5.500 banen die zijn verdwenen in de zorg in Noord-Nederland. Strikt genomen klopt Roemer zijn uitspraak dus, maar het was transparanter geweest als hij daarbij had vermeld over welke periode deze daling plaatsvond.
Platteland
De werkgelegenheid in het noorden groeit dus. Tussen 2014 en 2015 zijn er in totaal 8.400 banen meer bijgekomen dan geschrapt.
Jan Oosterhaven, emeritus hoogleraar economie van de Rijksuniversiteit Groningen, bevestigt dat het qua werkgelegenheid beter gaat in Noord-Nederland. Maar hij benadrukt dat dit voornamelijk het geval is in de steden: “Op het platteland en in het bijzonder in Noord-Groningen, gaat het nog steeds slecht.” Oosterhaven heeft daarom een gemengd maar gemiddeld positief beeld over de werkgelegenheid in de noordelijke provincies.
Conclusie
Staatssecretaris Dijksma heeft een punt: SP-leider Roemer schetst een té negatief beeld over de werkgelegenheid in Noord-Nederland. Ja, er zijn zeker banen verdwenen in de zorg, maar ondanks dat is de werkloosheid gedaald en is de werkgelegenheid gestegen. Door alleen de banen te noemen die zijn verdwenen, geeft Roemer een eenzijdig beeld.